CNV Onderwijs: ‘Concrete veiligheidsaanpak personeel nodig bij heropenen basisscholen’

‘CNV Onderwijs dringt aan op harde en concrete toezeggingen over verscherpte veiligheidsmaatregelen zoals testen, beschermingsmiddelen en vaccinaties, vóórdat het primair onderwijs weer heropend wordt. Zo niet dan voorzien we een chaos door lokale uitbraken waar niemand bij gebaat is’, zegt Daniëlle Woestenberg, voorzitter CNV Onderwijs, in een reactie op het advies van het Outbreak Management Team. 

‘Natuurlijk ziet iedereen in het onderwijs dat gedwongen thuisonderwijs voor kinderen niet optimaal is. Als het veilig kan, dan willen ook wij de scholen graag weer open’, benadrukt Woestenberg. ‘Het onderwijspersoneel wil ook graag fysiek met de kinderen werken. Het OMT vindt de rol van kinderen bij overdracht beperkt maar plaatst ze nu wel in een zwaardere Bron-en-Contact-onderzoek categorie. Het kan niet zo zijn dat als de maatschappelijke kosten van gesloten scholen te groot worden geacht, ook bij besmettelijker virusvarianten, het personeel zonder extra veiligheidsmaatregelen wel aan die varianten wordt blootgesteld.’

Harde garanties

‘We komen van de regen in de drup als de besmettingen ook onder leraren toenemen en daardoor klassen naar huis worden gestuurd. Dat lijkt wel het geval te zijn, aangezien het reproductiegetal (de R) met de komst van de nieuwe varianten aan het oplopen is.’ Zonder aanvullende maatregelen vindt CNV Onderwijs heropening voor het personeel onverantwoord. Woestenberg: ‘Wij willen harde garanties van het kabinet over de inzet van sneltesten op scholen, versnelde vaccinatie van onderwijspersoneel en de verstrekking van medische FFP2-maskers aan personeel dat hier prijs op stelt.’

Werkdruk

De bond waarschuwt dat ‘scholen open’ niet betekent dat alle kinderen weer gewoon alle dagen naar school zullen gaan. ‘Het risico van lokale uitbraken lijkt door het OMT te zijn ingecalculeerd. Dat betekent dat we de komende tijd te maken zullen krijgen met leerlingen die zonder digitaal onderwijs naar huis worden gestuurd en BSO én noodopvang die ook gesloten zijn. Dat vergroot niet alleen de toch al grote werkdruk voor de onderwijsprofessional, maar ook voor ouders. Het is in ieders belang dat het onderwijs voldoende ruimte krijgt om keuzes te kunnen maken over de inrichting van de lesweek, ingegeven door de lokale en regionale situatie. Dat hangt onder meer af van het aantal beschikbare leerkrachten en van het gebouw. Zijn er bijvoorbeeld gymlokalen en dergelijke voorzieningen beschikbaar? Dat kan heel erg verschillen per school.’