Kennis ambtenaren zelden benut bij nieuw beleid

De beschikbare kennis van ambtenaren bij uitvoeringsorganisaties als de Belastingdienst en UWV, wordt onvoldoende benut bij nieuw beleid, wet- of regelgeving. Dat geeft één derde van de respondenten aan in een enquête van het CNV. En dat terwijl de kennis wel degelijk aanwezig is, onderschrijft 95 procent van de geënquêteerden.

De afgelopen jaren kwamen verschillende uitvoeringsorganisaties lang niet altijd positief in het nieuws. Daarom is er in maart een Tijdelijke commissie Uitvoeringsorganisaties samengesteld om onderzoek te doen naar de oorzaken van problemen binnen deze instellingen en hoe de menselijke maat weer terug kan komen in het primaire proces. Het CNV vindt dat kennis en professionaliteit van ambtenaren het uitgangspunt moeten zijn voor goedwerkende uitvoeringsorganisaties en heeft daarom afgelopen zomerperiode een enquête uitgezet onder medewerkers van de Belastingdienst, CBR, CAK, DUO, SVB en UWV.

Zelden betrokken

Uit de enquête blijkt dat het merendeel van de respondenten belemmeringen ondervindt bij het goed uitvoeren van de werkzaamheden. Voorbeelden die hierbij worden genoemd zijn: ICT-systemen, sturing werkprocessen op incidenten, veel reorganisaties, te veel managementlagen en snelle opeenvolging van nieuwe wet- en regelgeving. Bij het invoeren van nieuw beleid, wet- of regelgeving wordt de ambtenaar zelden tot nooit betrokken, terwijl zij over veel kennis en ervaring beschikken. Bij de Belastingdienst geldt dat voor 73 procent van de respondenten; bij UWV is dit 49 procent. CNV-projectleider Loek Schueler: ‘Zij voeren uit wat de politieke wensen van dat moment zijn en zijn onmisbare schakels in het functioneren van de Rijksoverheid. Dat maakt het juist zo onbegrijpelijk dat er niet beter wordt geluisterd naar de ambtenaren bij deze organisaties.’

Signaleren fouten

Ook geeft 70 procent van de respondenten aan dat signalen of meningen bij eventuele problemen of fouten zelden, nooit of soms worden gehoord. Door de hoeveelheid managementlagen stranden suggesties en ideeën vroegtijdig, met name bij het hogere management. Dit tot frustratie van velen. Schueler: ‘De direct leidinggevende neemt signalen over fouten of waarschuwingen over risico’s serieus, maar hoger in de organisatie strandt het: bij het hogere management, bij beleid of bij de bewindspersoon.’

Het grootste deel van de respondenten geeft aan zich veilig te voelen binnen het team (63 procent) en richting eigen leidinggevende (52 procent). De grootste groep medewerkers die zich onveilig binnen de dienst voelt, werkt bij de Belastingdienst (29 procent).

Suggesties verbeteringen

Van alle respondenten die belemmeringen ervaren, geeft 34 procent van de ambtenaren aan niet bij machte te zijn om de problemen van de burger op te lossen, al zouden ze dat graag willen. Maar de ambtenaren zijn daarnaast ook gefrustreerd dat men niet serieus wordt genomen en signalen niet worden gehoord (35 procent). De meest genoemde suggesties ter verbetering van de kwaliteit zijn:

Een respondent over de administratieve druk: ‘Ik heb wel eens het gevoel dat ik meer bezig ben met de regeltjes, dan met mijn klant. Ik denk dat ik, maar zeker ook mijn collega‘s, veel meer kunnen bieden, meer resultaat kunnen bereiken en waarschijnlijk tegen lagere kosten als er gekeken werd naar wat echt nodig is. Ik schrijf bijvoorbeeld rapporten en ben daar veel tijd mee kwijt. Het moet. Niemand die beseft dat dit maar een statisch beeld geeft en eigenlijk weinig toevoegt.’

  • bestuurlijke lef om ‘nee’ te zeggen tegen nieuw beleid of wetgeving (76 procent),
  • betere ICT-systemen (60 procent),
  • betere aansturing eigen leidinggevende en directie (60 procent),
  • meer inspraak personeel (54 procent),
  • minder administratiedruk rondom registreren en verantwoorden (52 procent),
  • meer transparantie over risico’s/aarzeling van uitvoering richting politiek/burger (47 procent),
  • meer betrokkenheid medewerkers uit verschillende teams bij toetsing of uitvoering (46 procent).

Begrip voor kritiek burgers

Bij de problemen binnen uitvoeringsorganisaties – zoals de kindertoeslagenaffaire bij de Belastingdienst - kregen ambtenaren heel wat kritiek van burgers. De meerderheid geeft aan hiervoor begrip te hebben, maar vindt dat dit te eenzijdig bij hen wordt neergelegd. Een respondent: ‘Ik begrijp een deel van de kritiek, maar mis in de discussie de context. Bijvoorbeeld een duidelijke uitleg waarom ambtenaren zo hebben gehandeld. Zij voeren wet- en regelgeving uit die door onze volksvertegenwoordigers is gemaakt. Ik vind dat de politiek het boetekleed mag aantrekken en moet toegeven dat zij een belangrijke rol heeft gespeeld in het ontstaan van de problemen.’

Ambtenaar serieus nemen

Het CNV vindt dat de stem van de ambtenaren door de Tijdelijke commissie Uitvoeringsorganisaties van de Tweede Kamer moet worden gehoord. Schueler: ‘Daar maken wij ons hard voor bij de commissie. Daarnaast willen wij graag met de ambtenaren die aan de enquête hebben meegewerkt, verder denken over de mogelijke oplossingen. Er zijn schrijnende verhalen van mensen die door fouten bij de Belastingdienst (zoals bij de kindertoeslagenaffaire) in de problemen zijn gekomen. Het is daarom echt nodig dat de ambtenaar serieus wordt genomen.’

Op 12 september heeft het actualiteitenprogramma Nieuwsuur aandacht besteed aan de uitkomsten van de enquete die CNV onder ambtenaren van uitvoeringsorganisaties hield. Bekijk de uitzending hier terug.